Martinique: doen, bekijken ...

Aan de voet van de Mont Pélee ligt Saint-Pierre in de kromming van een baai met grijze zandstranden. De vulkaanuitbarsting van 1902 vernielde de stad compleet en doodde alle inwoners, op twee na … Sinds die tijd zijn visserij en toerisme de inkomstenbronnen van de stad. Je kunt er nog de ruïnes zien van een kerk, theater, herenhuis en ook van de oude gevangenis, mét de kerker waarin gevangene Cyparis de eruptie overleefde.

Dit de grootste stad van Martinique, beschut gelegen aan de Baai der Vlamingen, en aan de voet van een groep vulkanen: de Pitons du Carbet. De sfeer in het historische centrum met zijn markten is op en top creools.

Het charmante plaatsje Sainte-Anne ligt aan de zuidkust van Martinique en heeft de mooiste stranden van de Kleine Antillen: 22 kilometer lang! Je geniet er van een mooi savannelandschap met kokospalmen en meren. Maak aan het eind van de dag een strandwandeling naar je favoriete barretje, voor een lekker drankje en de avond begint goed!

Het schiereiland La Caravelle ontstond tien miljoen jaar geleden en is het oudste deel van Martinique. Het steekt zo’n tien kilometer uit in zee en is tegenwoordig een beschermd natuurgebied. De diversiteit van het landschap is dan ook erg bijzonder en je kunt er prachtig wandelen.

Een paradijselijk plaatsje waar in 1887 schilder Gauguin een tijdje woonde en werkte. Het is nu een van de meest toeristische plekken van Martinique. Christoffel Columbus meerde hier in 1502 aan, tijdens zijn vierde ontdekkingsreis. Die grijze zandstranden en dat zicht op vulkaan Pélee: je zou Le Carbet nooit meer willen verlaten.

Een afgelegen, geïsoleerd vissersdorp aan de voet van de Pélee, aan de noordkant van het eiland. Er is hier niet veel toerisme, maar zijn authenticiteit, ongereptheid en gebrek aan moderniteit maken het de moeite van een bezoek meer dan waard. Een uitstekende plek ook voor canyoning.

De slavernij en uitbuiting van Afrikaanse mensen horen onlosmakelijk bij de geschiedenis van Martinique. Bij het plaatsje Trois-Îlets is een slavendorp uit de 19de eeuw nagebouwd waar je je kunt verdiepen in de geschiedenis van de slavernij. Je zult er onder de indruk raken van het zware leven van de mensen toen.

Vanaf de hellingen van vulkaan Pélee stroomt de rivier Falaise naar beneden via een indrukwekkend parcours tussen steile rotswanden. Sportievelingen kunnen deze canyon ontdekken onder begeleiding van een gids, met onderweg verfrissende glij- en zwempartijen en diverse sprongen in het kristalheldere water.

Door dit mémorial bij de plaats Diamant worden de slachtoffers herdacht van Martiniques slavernijverleden. Het indrukwekkende monument bestaat uit vijftien metershoge figuren zonder benen, die met hun gezicht gekeerd naar de eeuwig geselende oceaanwinden op een rotspunt in de Caffard-baai staan.

Het Plage des Salines in Sainte-Anne geldt als het mooiste strand van Martinique. Zeker in het weekend weten de mensen dit lange witte zandstrand te vinden. In de schaduw van de kokospalmen staan picknicktafels en wat kraampjes waar je lekkere snacks kunt halen.

Een fantastisch 360°-panorama wacht je bij uitzichtpunt Morne Gommier, bij het plaatsje Le Marin. Je ziet Sainte-Anne, de golfbrekers van Macabou, de punt Les Salines, Sainte-Lucie, de Rots van Diamant, de berg Morne Larcher (‘de Liggende Dame’), de vulkanen van Carbet, de berg Pelée, de Montagne du Vauclin, de Morne Sulpice, de vulkaan Crève-Cœur ...

Een yole is een licht, smal bootje dat vooruitkomt door te roeien en te zeilen. Sinds dertig jaar kent Martinique een wedstrijd voor deze yoles, die vanaf het eerste jaar een groot succes was. De regatta bestaat uit zeven etappes en is daarmee Martiniques belangrijkste race. Het kleurrijke spektakel vindt altijd plaats in de week van eind juli/begin augustus.

Mont Pélee is misschien 400.000 jaar oud, slapend, maar nog niet dood. De laatste eruptie was in 1929 en niemand weet of en wanneer hij ooit weer vuur zal spuwen … De vulkaan - in het noorden van Martinique - is met zijn 1397 meter hoogte bepalend voor het beeld van het eiland.

Dit rotsblok ligt een paar kilometer uit de kust, bij de geleidelijke dieper wordende Baai van Diamant. Voor duikers is dit de geliefdste plek van Martinique, dankzij z’n magnifieke flora en fauna. Ook het lichtspel in het water is er erg mooi.

En die schat is de natuur en het ecosysteem. Deze route via het schiereiland van La Caravelle naar de Baie du Trésor valt onder het etiket ‘ecotoerisme’: je ontdekt onderweg hoe mooi maar ook hoe kwetsbaar de natuur is, en je wordt je bewust van het grote belang van natuurbescherming.

Halverwege de kustweg tussen Sainte-Lucie en Le Marin ligt de Pointe de Borgnèse. Een charmant plekje, maar voor het mooiste uitzicht moet je het water in. Deze niet al te diepe onderwaterwereld is voor iedereen goed toegankelijk en je zult er genieten van het rijke leven in het water en op de bodem.

Op tien kilometer van Fort-de-France ligt de mooiste botanische tuin van het eiland, een idee van landschapsarchitect en kweker Jean Philippe Thorze. Hij startte in 1982 met dit park en inmiddels telt het zo’n drieduizend verschillende tropische bloemen- en plantensoorten, afkomstig uit de hele wereld.

Op dit magnifieke landgoed ontdek je alles wat er te ontdekken valt over de bananenkweek van Martinique. Het bezoek aan de uitgebreide bananenboomgaarden gaat met een treintje. Leuk voor jong en oud!

Anders dan de grote toeristische oorden aan de zuidkust van Martinique, heeft het plaatsje Les-Anses-d’Arlets zijn authentieke charme weten te behouden. Hier kun je een spannend uitstapje maken: met een kajak een zeegrot inpeddelen waar een grote kolonie vleermuizen woont.

Deze wilde en weelderige weg ontlokt veel oh’s en ah’s! Je ziet onderweg dan ook de mooiste bloemen, majestueuze bomen vol lianen, allerlei vogelsoorten, ravijnen en rivieren. Ook kom je heel veel bochten tegen, 29 kilometer lang. Niet per se aan te bevelen voor een nachtelijke ritje dus …