Met deze handige woorden en zinnen kun jij je prima verstaanbaar maken in het Frans. Bon courage!
Bedanken
Alstublieft (beleefdheidsvorm bij een vraagstelling): S'il vous plaît Alstublieft (beleefdheidsvorm bij het aanreiken van iets): Voilà Dank u wel: Merci Geen dank: De rien Sorry: Pardon Het maakt niet uit / Het is goed: ça ne fait rien
Groeten
Goedemorgen: Bonjour
Goedemiddag: Bonjour
Hallo: Bonjour
Goedenavond: Bonsoir
Welterusten: Bonne nuit
Tot ziens: Au revoir
Tot later: À bientôt
Tot straks: À tout à l'heure
Hulp vragen
Sorry meneer: Pardon, Monsieur
Mevrouw: Madame
Mejuffrouw: Mademoiselle
Spreekt u Engels?: Parlez-vous anglais?
Ja: Oui
Nee: Non
Het spijt me: Je suis désolé(e)
Ik spreek geen Frans: Je ne parle pas français
Ik snap het niet: Je ne comprends pas
Ik snap het een beetje: Je comprends un peu
Kunt u langzamer spreken alstublieft?: Parlez plus lentement, s'il vous plaît
Kunt u dat herhalen alstublieft?: Répétez s'il vous plaît
Mag ik u iets vragen?: Est-ce que je peux vous demander quelque chose?
Kunt u me helpen alstublieft?: Pourriez-vous m'aider, s'il vous plaît?
OK: D'accord
Natuurlijk: Bien sûr
Waar is/waar zijn...?: Où est/sont...?
Hartstikke bedankt: Merci beaucoup
Vragen stellen
Wie: Qui?
Wat: Quoi?
Waarom: Pourquoi?
Wanneer: Quand?
Waar: Où?
Hoe: Comment?
Hoeveel is het: C'est combien?
Cijfers
0: zéro
1: un
2: deux
3: trois
4: quatre
5: cinq
6: six
7: sept
8: huit
9: neuf
10: dix
11: onze
12: douze
13: treize
14: quatorze
15: quinze
16: seize
17: dix-sept
18: dix-huit
10: dix-neuf
20: vingt
21: vingt-et-un
22: vingt-deux
30: trente
40: quarante
50: cinquante
60: soixante
70: soixante-dix
80: quatre--vingt
90: quatre-vingt-dix
100: cent
200: deux cents
1000: mille
Rangtelwoorden
Eerste (m): Premier
Eerste (v): Première
Tweede: Deuxième
Derde: Troisième
Vierde: Quatrième
De tijd
Hoe laat is het: Quelle heure est-il?
Het is drie uur: Il est trois heures
Kwart over drie: Trois heures et quart
Half vier: Trois heures et demie
Kwart voor drie: Trois heures moins quart
Tien voor drie: Trois heures moins dix
Tien over drie: Trois heures dix
Het is 12 uur 's middags: Il est midi
Het is middernacht: Il est minuit
Vijf minuten geleden: Il y a cinq minutes
Over een half uur: Dans une demi-heure
Sinds 7 uur 's avonds: Depuis sept heures du soir
Na 8 uur 's avonds: Après huit heures du soir
Voor negen uur: Avant neuf heures
Wanneer begint het?: À quelle heure est-ce que ça commence?
Hij was op tijd: Il est venu à l'heure
Vroeg: tôt
Laat/vertraging: En retard
Betalen
De rekening alstublieft: L'addition, s'il vous plaît
Hoeveel is het: C'est combien?
Is de bediening inbegrepen: Le service est compris?
Dat is voor u: C'est pour vous
Door de redactie
De redactie van France.fr volgt de laatste trends en ontwikkelingen in Frankrijk om je op de hoogte te houden van een land dat haar tradities blijvend weet te vernieuwen. Onze passie is verhalen vertellen die jou inspireren Frankrijk te (her)ontdekken.