Drie topspots in de lavendelstreek

Valensole is in de loop der jaren voor reizigers uit de hele wereld het symbool van ‘la douce France’ geworden. Het diende als decor voor de show van de modeontwerper Jacquemus, er werd een beroemde romantische serie voor de Chinese televisie opgenomen, en het is het perfecte plaatje voor instagrammers.

De schilderachtige omgeving leent zich bij uitstek voor een wandeling, maar blijf wel op de gemarkeerde paden om de struiken niet te vertrappen. Daarna is het tijd voor een bezoekje aan de Distillerie Angelvin even buiten het dorp, aan een weg met aan weerszijden lavendelvelden. Hier kom je van alles te weten over de eeuwenoude techniek van de extractie van etherische olie en kun je een flesje lavendelolie of geparfumeerde zeep kopen om thuis na te genieten van de Provençaalse geuren.

Vervolgens ga je naar Moustiers-Sainte-Marie, dat gemakkelijk bereikbaar is met de auto of de fiets. Dit dorp aan de voet van twee markante rotsen behoort tot de mooiste van Frankrijk. Het heeft een uniek architectonisch en cultureel erfgoed en biedt een weids uitzicht op de paarse velden in het dal.

Het door paarse velden omringde dorp Sault, in de Vaucluse, staat bekend als ‘hoofdstad van de lavendel’. Dit wordt uitbundig gevierd op 15 augustus, een dag die volledig gewijd is aan de bloem die is uitgegroeid tot het embleem van de streek. Er wordt dan van alles georganiseerd: tentoonstellingen van schilderkunst, een markt met streekproducten, een demonstratie van oude ambachten en zelfs het Franse kampioenschap lavendel snoeien met een sikkel. Ook de rest van het jaar staat het leven van de bewoners in het teken van de lavendel. Zo staan de producenten elke woensdag op de Provençaalse markt die een feest van geuren en kleuren is.

Sault is bovendien een goed vertrekpunt voor een wandel- of fietstocht langs pittoreske dorpen als Aurel, Saint-Trinit en Saint-Christol. Ze liggen nog geen 10 kilometer van elkaar en zijn een ideale plek om even uit te blazen. Je zult vast onder de indruk raken van de traditionele architectuur, de middeleeuwse kerken en het uitzicht dat doet denken aan een schilderspalet: de lichtpaarse lavendel, de goudgele speltakkers en, als kers op de taart, de grijswitte Mont-Ventoux.

Tussen de lavendel, vlak bij het dorp Gordes in de Vaucluse, verrijst de Abbaye de Sénanque, een schitterend voorbeeld van romaanse bouwkunst. Al vanaf de 12e eeuw woont hier een kloostergemeenschap van cisterciënzers. De monniken willen dit prachtige erfgoed graag delen en stellen onder andere de abdijkerk, het voormalige dormitorium en de kloostergang open voor bezoekers.

Iets verderop staan midden op de lavendelvelden de bories. Deze hutjes van op elkaar gestapelde platte stenen in een karakteristieke koepelvorm dateren uit lang vervlogen tijden. Ze werden vroeger gebruikt als tijdelijk onderkomen voor seizoenarbeiders die op het land werkten en herinneren ons aan de oorsprong van de Provençaalse akkerbouw.